De volgende woordenlijst geeft een overzicht van de belangrijkste huistermen en het snelschrift voor het verklaren van advertenties.
Inventory: inventaris (een lijst van alles wat de woning omvat)
Landlord (of landlady): huisbaas (de eigenaar van het goed)
HMO license (lit. = license for a house in multiple occupation): certificaat voor een woning voor gezamenlijk gebruik (dit is een wettelijke vereiste waarbij de huisbaas de verantwoordelijkheid draagt). Het certificaat geeft weer hoeveel mensen en faciliteiten er in het gebouw kunnen.
avail: available (beschikbaar)
BR: train station (treinstation) (British Rail)
ch: central heating (centrale verwarming)
d/g: double glazed (dubbele beglazing)
dep: deposit required (waarborg vereist)
excl: excluding heating/hot water bills (exclusief verwarming/rekeningen voor warm water)
F: female (vrouw)
f/f: fully furnished (volledig gemeubileerd)
M: male (man)
n/s: non-smoker (niet-roker)
o/l: overlooks (met uitzicht op)
osp: off street parking (overdekte garage)
pw: per week (per week)
pcm: per calendar month (per kalendermaand)
pkg: parking (parking)
pp: per person (per persoon)
shw: shower (douche)
tube: underground train (London) (metro)
vgc: very good condition (in uitstekende staat)
WC: toilet (Water Closet) (toilet)
w/d: washer-dryer (wasmachine/wasdroger
wm: washing machine (wasmachine)